GEBED IEDERE DAG

Gedaanteverandering van de Heer
Woord van god elke dag

Gedaanteverandering van de Heer

Feest van de gedaanteverandering van de Heer op de berg Tabor. Herdenking van de eerste atoombom, op Hiroshima in Japan, in 1945. Lees meer

Libretto DEL GIORNO
Gedaanteverandering van de Heer
Woensdag 6 augustus

Feest van de gedaanteverandering van de Heer op de berg Tabor. Herdenking van de eerste atoombom, op Hiroshima in Japan, in 1945.


Eerste Lezing

Daniël 7,9-10.13-14

In mijn visioen zag ik
dat er tronen werden geplaatst
en een Hoogbejaarde er ging zitten.
Zijn gewaad was wit als sneeuw
en zijn hoofdhaar blank als wol.
Zijn troon bestond uit vlammen,
de wielen ervan uit laaiend vuur.
Een stroom van vuur welde op
en vloeide voor Hem uit.
Duizend maal duizenden dienden Hem
en tienduizend maal tienduizenden
stonden voor Hem.
Het gerechtshof ging zitten en de boeken werden geopend.
In mijn nachtelijk visioen zag ik toen
met de wolken van de hemel iemand aankomen
die op een mensenzoon leek.
Hij ging naar de Hoogbejaarde
en werd voor Hem geleid.
Toen werd hem heerschappij gegeven,
pracht en koninklijke macht;
alle volken, stammen en talen brachten hem hun hulde.
Zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij die nooit vergaat,
zijn koninkrijk gaat nooit te gronde.

Psalmgezang

Psalm 97

De Heer is koning;
heel de aarde staat onder zijn macht.

De Heer is koning, de aarde mag juichen,
blij zijn de landen rondom de zee.
Donkere wolken vormen zijn lijfwacht,
recht en gerechtigheid dragen zijn troon.

Bergen smelten als was voor de Heer,
de Heerser van heel de wereld.
De hemel verkondigt zijn heiligheid
en alle volken aanschouwen zijn glorie.

Want heel de aarde staat onder uw macht,
Gij zijt de hoogste der goden.

Tweede Lezing

2 Petrus 1,16-19

Toen wij u de macht en de komst van onze Heer Jezus Christus verkondigden, beriepen wij ons niet op vernuftig bedachte mythen, maar wij spraken als ooggetuigen van zijn glorie. Want Hij heeft van God de Vader eer en verheerlijking ontvangen, toen door de verheven majesteit dit woord tot Hem gericht werd: ‘Dit is mijn geliefde Zoon; luister naar Hem.' En deze stem hebben wij zelf uit de hemel horen klinken, toen wij met Hem op de heilige berg verbleven. Hierdoor kreeg voor ons het woord van de profeten nog meer gezag. Ook u doet er goed aan dat in acht te nemen: het is de lamp die licht verspreidt in een donkere ruimte, tot het ogenblik dat de dag aanbreekt en de morgenster opgaat in uw hart.

Evangelie

Alleluia, alleluia, alleluia !

Gisteren ben ik met Christus begraven,
vandaag verrijs ik met U die verrezen zijt.

Alleluia, alleluia, alleluia !

Lucas 9,28-36

Ongeveer een week na deze woorden nam Hij Petrus, Johannes en Jakobus mee en ging Hij de berg op om te bidden. Terwijl Hij aan het bidden was, veranderde Hij van uiterlijk en werden zijn kleren stralend wit. Ineens waren er twee mannen met Hem in gesprek. Het waren Mozes en Elia, die in heerlijkheid verschenen en over zijn heengaan spraken, de voleinding van zijn leven in Jeruzalem. Petrus en de anderen waren overmand door slaap; toen ze wakker werden, zagen ze zijn heerlijkheid en de twee mannen die bij Hem stonden. Toen die weer van Hem wilden weggaan, zei Petrus tegen Jezus: ‘Meester, het is maar goed dat wij hier zijn; laten wij drie hutten maken, een voor U, een voor Mozes, en een voor Elia.' Hij wist niet wat hij zei. Terwijl hij nog sprak, kwam er een wolk die hen overdekte; ze schrokken toen ze in de wolk terechtkwamen. Uit de wolk klonk een stem: ‘Dit is mijn uitverkoren Zoon; luister naar Hem.' Toen de stem klonk, bleek Jezus alleen te zijn. Zij zwegen hierover en vertelden destijds aan niemand wat ze hadden gezien.

[Copyright © 1995 Katholieke Bijbelstichting]

 

Alleluia, alleluia, alleluia !

Gisteren ben ik met Christus begraven,
vandaag verrijs ik met U die verrezen zijt.

Alleluia, alleluia, alleluia !

Homilie

De berg van de gedaanteverandering, in de latere traditie de berg Tabor, is het beeld van elke spirituele weg. Wij kunnen ons voorstellen dat Jezus ook ons roept om met Hem mee de berg op te gaan, zoals Hij doet met zijn drie meest bevriende leerlingen, om met Hem de ervaring van de intieme verbondenheid met de Vader te beleven. Enkele commentatoren suggereren dat dit verhaal een spirituele ervaring vertelt die vooral betrekking heeft op Jezus: een hemels visioen, dat in Hem een gedaanteverandering veroorzaakt. Het is een hypothese die ons in staat stelt om het spirituele leven van Jezus dieper te begrijpen. Soms vergeten we dat ook Hij zijn spirituele weg heeft, dat ook Hij de berg moet opgaan, zoals Abraham, en later Mozes, Elia en iedere gelovige. Ook Jezus voelt dat Hij het nodig heeft om "op te gaan" naar de Vader, om Hem te ontmoeten. De verbondenheid met de Vader is zijn wezen, zijn hele leven, het brood van zijn dagen, de essentie van zijn zending, het hart van alles wat Hij is en doet; maar misschien had ook Hij deze momenten nodig waarin deze intieme relatie ten volle tot uiting komt. Zeker hebben de leerlingen dit nodig. De Tabor is een van uitzonderlijkste momenten van verbondenheid, die het evangelie toepast op de hele geschiedenis van het volk Israël, zoals blijkt uit de aanwezigheid van Mozes en Elia "in gesprek met Jezus". Jezus beleeft deze ervaring niet op zijn eentje; Hij betrekt er zijn drie intiemste vrienden bij. Het is een van de meest betekenisvolle momenten in Jezus' persoonlijke leven, en dat wordt het ook voor de drie leerlingen en voor iedereen die met Hem de berg op wil gaan. In ons gemeenschappelijke leven met de Heer, in ons gebed, in het luisteren naar de Schrift worden we altijd opgeroepen om ons leven en de wereld om ons heen te transfigureren.

Het gebed is het hart van het leven van de Gemeenschap van Sant’Egidio. Het is haar eerste “werk”. Aan het einde van de dag komt elke Gemeenschap, of die nu klein of groot is, samen bij de Heer om het Woord te beluisteren en zich tot Hem te richten in het gebed. De leerlingen kunnen niet anders dan aan de voeten van Jezus zitten, zoals Maria van Bethanië, om het “betere deel” te kiezen (Lc 10, 42) en van Hem zijn gezindheid te leren (vgl. Fil 2, 5).

Elke keer dat de Gemeenschap zich tot de Heer richt, maakt ze zich die vraag eigen van de anonieme leerling: “Heer, leer ons bidden!” (Lc 11, 1). En Jezus, meester in het gebed, antwoordt: “Wanneer jullie bidden, zeg dan: Abba, Vader”.

Wanneer we bidden, ook in de geslotenheid van ons eigen hart, zijn we nooit alleen of verweesd. Integendeel, we zijn leden van de familie van de Heer. In het gemeenschappelijk gebed wordt naast het mysterie van het kindschap, ook dat van de broederschap en zusterschap duidelijk.

De Gemeenschappen van Sant’Egidio, verspreid over de wereld, verzamelen zich op de verschillende plaatsen die gekozen zijn voor het gebed en brengen de hoop en het verdriet van de “uitgeputte en hulpeloze mensenmenigte” waarover het Evangelie spreekt (Mt 9, 37) bij de Heer. Deze oude menigte omvat de inwoners van onze hedendaagse steden, de armen die zich bevinden in de marge van het leven, en iedereen die wacht om als dagloner te worden aangenomen (vgl. Mt 20).

Het gemeenschappelijk gebed verzamelt de schreeuw, de hoop, het verlangen naar vrede, genezing, zin en redding, die beleefd worden door de mannen en vrouwen van deze wereld. Het gebed is nooit leeg. Het stijgt onophoudelijk op naar de Heer opdat verdriet verandert in vreugde, wanhoop in blijheid, angst in hoop, eenzaamheid in gemeenschap. En het rijk Gods zal spoedig temidden van de mensen komen.